zondag, mei 18, 2008

Afsluitdijk


Waar de sluizen ophouden begint het lange rechte stuk van de dijk. De Afsluitdijk is fijn om te rijden, al snap ik niet waarom. Hoewel, het is een bekend fenomeen dat afstanden in landschappen waar geen variatie in zit en waar dus niets gebeurt veel korter lijken. Zou de dijk ook fijn zijn om te fietsen?

Ik vraag me opeens af voor de hoeveelste keer ik de dijk oversteek. Als jongetje ging ik nog wel eens mee naar de Wieringermeerpolder, waar mijn oom Jan een boerderij had. Vanuit Harlingen gingen we met enige regelmaat naar Amsterdam. En sindsdien rijd ik een paar keer per jaar naar Lollum. Veertig keer? Het zou toch sneu zijn als de vijftigste keer dat je de Afsluitdijk bedwingt ongemerkt voorbij gaat, zonder slingers en toeters en taart, en vooral zonder zo'n medaille met het getal 50 als driehoekig opspeldbordje.

In de buurt van het monument, dat in de loop der jaren steeds zieliger wordt, passeer ik de eerste stepper. Ik heb wel eens vaker vreemde voortbeweegsels gezien op de dijk, maar vandaag is er een ware epidemie van steppende, wiebelende en balancerende één-tot-drie-wielers. Topsport.

Een paar kilometer verderop trapt een conventionele fietstoerist met volle bepakking langzaam zijn pedalen rond. Over een kwartier wordt hij in de rug aangevallen door een cordon van malloten. Hij weet nog van niets. Ik wel. Ik kan in de toekomst kijken.