zaterdag, februari 28, 2009

Word



Voor de reis naar Berlijn van woensdag over een week stel ik een programmaboekje samen. Dat is informatietechnisch gezien wel wat ingewikkelder dan het schrijven van een simpel tekstje. Mijn intense haat jegens het programma Word flakkert wild op. Wat een ongelofelijk klotenprogramma!

Er zit iets paradoxaals in mijn tomeloze afkeer. Immers, wat ik Word vooral kwalijk neem is dat het constant voor me wil denken. Ik gebruik het op een computer die me alle belangrijke beslissingen uit handen neemt, waarop alles helder en evident is en waar niets aan valt te sleutelen. Mijn computer denkt voor me en ik vind het geweldig.

De oplossing van de paradox is eenvoudig: Apple is heel slim en Microsoft is heel dom. Apple kleedt uit, Microsoft kleedt aan.

Ik probeer tekst bij elkaar te houden. De help-functie geeft geen sjoege. In WordPerfect was dat vroeger heel eenvoudig: je highlight een stuk tekst en kiest de optie 'bij elkaar houden op één pagina'. Nee, dat is te makkelijk, dat mag niet.

Ik wil iets met kopteksten en paginanummers. Te ingewikkeld. En waarom is het ingewikkeld? Omdat ik het niet mag zien. Bij WordPerfect mocht je alles zien.

In arren moede open ik NeoOffice. Binnen twintig seconden weet ik hoe ik kopteksten kan centereren en onderaan de bladzijde paginanummers kan plaatsten in een wilde volgorde. Omdat het zichtbaar is.

Hallo Microsoft: zichtbaar! Jullie besturingssysteem gaat omvallen binnenkort. Omdat je aan het simpele dosboompje de hele wereld moet ophangen. En dan doet het niet meer zo goed wat het moet doen. Toch?

Sukkels.

Proefwerken


Op de grote tafel liggen proefwerken. De kindjes hebben hoekjes gemeten en getekend en berekend. De meeste doen het goed. Ik mag het nakijken. Nee, ik moet het nakijken.

Vluchtgedrag !!!!

Over negen dagen moet het af zijn. Ik ben al begonnen, dat is bijzonder. Dat is heel goed van mijzelf. Nu mag ik iets doms doen om het werk uit te stellen. Ik gooi Intolerable cruelty in de dvd-speler.

De film is leuker dan ik dacht, al blijft het een mindere Coen-broertjes film. Ebert legt uit waarom:

The Coens sometimes have a way of standing to one side of their work: It's the puppet and they're the ventriloquists. The puppet is sincere, but the puppetmaster is wagging his eyebrows at the audience and asking, can you believe this stuff? Joel and Ethan are bounteously gifted filmmakers, but sometimes you just want them to lay off the irony and climb down here with the groundlings.

Ebert slaat, zoals zo vaak, de spijker op de kop. De beste Coen-films, Fargo, The big Lebowski en No country for old men koppelen stilistische brille aan eerbied voor het verhaal. Intolerable cruelty doet dat bepaald niet, maar de film is wel bij uitstek geschikt om de gedachte aan correctiewerk te verdijven.

Eens kijken, veertien uur achttien. Dan kan ik vanmiddag de eerste klassen afkrijgen en vanavond beginnen aan de tweede en morgen twee afmaken en drie doen. Vier moet dan maar wachten. Er staan hier wel erg veel dvd's in de kast, dat is ook weer waar. En boeken en een computer en boodschappen en de tuin en plankjes verven voor het kastje op de gang en de schuur opruimen en even de stad in of naar het strand want dat doen we nooit.

"Heeft u de proefwerken nagekeken?"
"In de vakantie? Wat denk je zelf!"

vrijdag, februari 27, 2009

Wageningen


In de bus die ons van het station in Ede naar Wageningen brengt zitten een jongen en een meisje van een jaar of zeventien. Ze zien er leuk en hip uit en horen overduidelijk tot het slimmere deel van de natie. De jongen haalt een dvd tevoorschijn en geeft deze aan het meisje. De dvd heet "De hof van Eden'. Volgens de jongen is het een heel leuke dvd over schepping en evolutie. En de filmmaker is getrouw aan de Bijbel. Dat zit dus wel goed. Ede, Eden, wat scheelt het.

In Wageningen lopen we door de winkelstraat. Een boekhandel heeft een slordige twee kuub etalageruimte helemaal gevuld met boeken en parafernalia over Charles Darwin. We zijn een onzichtbare grens gepasseerd, ergens tussen het door christelijke partijen gedomineerde Ede en het linkse, groene Wageningen.

Later wandelen we de stad uit en staan opeens voor de uiterwaarden van de Rijn. Er staan knotwilgen, er loopt vee, er is een dode tak van een voormalige meander en in de verte ligt de rivier. Even later, als we de uiterwaarden ingewandeld zijn, kijken we terug en zien de stad met haar berg. Een on-Nederlandse berg aan een oer-Hollandse rivier.

Wageningen snoept van meerdere walletjes: er is een kleine gezelige stadskern met studentikoze horeca, er is een heuse berg met prachtige architectuur uit alle relevante jaargetijden van de vorige eeuw en er is de vlakte van de rivier. In de steenfabriek zijn ateliers gevestigd. Wat een schitterende plek is dit.

Aan de overkant van de rivier ligt Opheusden. Vergeleken met de ernst van dit dorp is het christelijke Ede een baaierd van lichtzinnigheid, om van het Sodom en Gomorra van de stad Wageningen maar te zwijgen. Wij blijven aan de goede kant en beklimmen de berg. Bovenop ligt het arboretum er nog wat bekaaid bij, al staat er hier en daar wel wat in knop. Over een maand begint hier een feest van geur en kleur.

Waarschijnlijk de duivel.

woensdag, februari 25, 2009

Een beetje misselijk


Zou er een woord voor zijn, voor het gezichtsbedrog van rijdende of juist stlstaande treinen op stations?

Je staat stil langs een perron. Naast je staat een tweede trein. Dan opeens ga je rijden, de trein hiernaast verdwijnt uit beeld, steeds sneller, tot het einde komt en blijkt dat hij bewoog niet jij. Of andersom. Beide gevallen zijn wat weeïg in de maag. Lekker wel.

Je staat stil maar denkt van niet. Je beweegt maar denkt van niet. Eén woord of twee woorden? De illusie van rijden en de illusie van stilstaan.

Gisteren probeerde ik het af te dwingen, in Amersfoort. Ik verwachtte dat wij zouden rijden, en dat klopte. Het ging gepaard met veel lawaai, van binnen in de trein. Tja, dan werkt het niet. Je moet zo'n stoere losse loc hebben, in de verte, zodat het rijtuig onhoorbaar in beweging komt en de grens tussen stilstaan en bewegen ongemerkt voorbij gaat.

Staanwaan en gaanwaan.

dinsdag, februari 24, 2009

Kroket


Toen ik een jaar of twaalf was heb ik korte tijd rondgehangen op het station. Ik weet niet meer met wie. Het was de tijd dat de bomen nog met de hand werden dichtgedraaid als de trein uit de richting Coevorden aan kwam sukkelen. Let wel, de dieseltrein, we leven voor het elektriek, maar na de stoom. Zo oud ben ik nou ook weer niet.

Wat ik daar deed op het station weet ik eigenlijk ook niet meer. Het enige wat ik mij vandaag opeens herinnerde was de kroket voor een kwartje. Er was een restaurant met een keuken aan de blinde bakstenen muur aan de spoorzijde. Vanuit de keuken werd een automatiek in de muur bediend met hele gore kroketten die ik lekker vond. Een kwartje, dat had ik regelmatig te spenderen. Hoe kwam ik daar aan? Misschien zei ik wel tegen mijn moeder dat ik op het station een kroket ging eten, ik weet het echt niet meer.

Vandaag trof mijn oog de automatiek, al jaren buiten bedrijf, net zo lang als het restaurant. De laatste prijs voor een kroket was een euro. Zevenhonderdtachtig procent inflatie in ongeveer dertig jaar.

Is het dezelfde automatiek? Ja, dat moet wel. Kijk naar die letters. Het lijkt wel erg op het soort modern van de jaren zestig. Het station staat drie-kwart leeg, in afwachting van een hippe winkel of een kunstenaar met galeriebehoefte. De automatiek zit voorlopig niemand in de weg, maar de kroket komt nooit meer terug.

Sic transit krokettus termini Emmni. Of iets dergelijks.

maandag, februari 23, 2009

Beer, naar Mekka


Met Jeroen naar Leiden, kraamschudden bij de Gradsteintjes. Jeroen is wel in voor een tour de nostalgique door de stad. Hij wijst me op de plek waar hij heeft staan zoenen met grote liefdes die inmiddels klein zijn geworden. De plek lijkt ook verschrompeld, een kruispunt met stoplichten, vale huizen, zwart asfalt, geen kroeg te bekennen. Wie verliefd is ziet niets. Zoenen met je ogen dicht.

Bij V&D kopen we een grote beer, zacht en bruin. Bij binnenkomst loop ik luid piepend door de poortjes. Bij de uitgang ook. De kassiere wuift het weg; die meneer piept nou eenmaal. Facts of life. Had ik nou maar een duur apparaat onder mijn jas verstopt. Maar ja, opgevoed nietwaar.

De twee weken oude Lianne komt met een kop als een biet de trap af, in de armen van haar stralende vader. Jeroen mag haar vasthouden, maar als ze het op een krijsen zet neemt moeder het over. Een pink verdwijnt in een klein mondje. Even kijken of ik mijn pink al terug mag; nee, Lianne doet een heuse baby Simpson en zuigt dat het een aard heeft. Even later valt ze echt in slaap en mag mama haar pink terug. We houden de beer naast het kind. De beer wint, vooralsnog.

Even later ligt de beer voorover in een stoel. Er steekt een wasmerkje uit haar kont. We onderdrukken vunziger scenario's en constateren dat het tijd is voor de beer om te bidden. Brave beer!

zondag, februari 22, 2009

Pannekoeken


Zie ik nu pas: op de belangrijkste fansite van Feyenoord wordt de wedstrijd van vorige week aangeduid als Pannenkoeken - Feyenoord. Let op het Ajax-logo. Wat een zacht humoristische vriendelijke types zijn wij Feyenoorders toch als er geen scheidsrechters in de buurt zijn. Pannekoeken! Alleen jammer van die correcte tussen-n.

Mass moving


In 1969 riepen Raphaël Opstaele (Raf) en milieuactivist Bernard Delville een kunstenaarsbeweging in het leven die geen beweging wilde zijn. Alle prietpraat van de politiek verziekte jaren zeventig werd door de mannen gebezigd: we zijn geen groep, er is geen hierarchie, kunst moet een politieke betekenis hebben, anders is het decoratie, etc etc. Ondertussen knokten ze elkaar de tent uit, vielen projecten ten prooi aan grenzeloos amateurisme en maakten ze het ene meesterwerk na het andere.

Het hoogtepunt is wel de reusachtige cocon op het San Marcoplein in Venetië waarin tienduizenden vlinders uit hun poppen worden verwarmd om vervolgens over de stad te fladderen. Op de foto is de bus op duizend voeten te zien, die tijdens een autoloze dag door Brussel werd gedragen. Reizigers moesten een kaartje kopen om mee te mogen doen. Het politieke statement achter de actie is verbleekt. Wat overblijft is een ludiek spel waar het plezier van afspat. In de prietpraat van tegenwoordig: beter!

Behalve de verblijdende projecten zijn vooral de onderlinge verhoudingen tussen de leden van Mass moving interessant. Menselijk gedoe is niet gebonden aan de jaren tig, maar blijkt van alle tijden. Het verhaal van Mass moving eindigt in vuur en wraak. Het verhaal van Raf en Bernard niet. Mooi.

Vanavond om twintig over elf bij Canvas. Kijken of opnemen. Doen!

zaterdag, februari 21, 2009

Heeeeeel blij


Suzanne merkte op dat ik niet zo blij klink over de iPhone. Je kunt er mee bloggen, maar handig is het niet. Dat soort teksten.

Goed, laat ik twee dingen noemen. Eén: Het absoluut briljante idee om alle knopjes weg te laten leidt tot een willekeur aan precies de juiste knopjes. Voorbeeld: wanneer je een telefoonnummer moet invoeren in het menu 'contacten' krijg je een cijfertoetsenbord. Wanneer je vervolgens een emailadres moet invoeren verschijnt een toetsenbord waarop de punt (.) en het apestaartje (@) prominent aanwezig zijn. Er is geen toetsenbord en dus zijn er zoveel je wilt.

Twee: stel dat je naar Wenen reist om een vriend te bezoeken op zijn nieuwe adres. Waar is dat adres precies? Geen nood, je tikt in de contactgegevens één keer op het adres en in Google maps opent zich een kaart van Wenen waarop op de juiste plaats van bovenaf een speld met een rood bolletje wordt neergeworpen. Daar wonen ze.

Nou vooruit, drie: Op elk moment heb ik onder de knop 'trein' elk vertrekbord van elk station in Nederland paraat. Vertragingen worden real time doorgegeven. Ik heb voor aanstaande dinsdag al een heen- en een terugreisgepland in mijn iPhone.

Nou vooruit kwadraat, vier: Misschien is het grootste succes van de iPhone het feit dat andere partijen er programma's voor kunnen schrijven. 'Trein' van zonet is een voorbeeld. In de categorie 'totaal nutteloos' is 'My Football' een hele mooie. Het programmaatje geeft alle competities die je wilt en houdt je live op de hoogte van het scoreverloop in wedstrijden die gaande zijn. Standen, de geschiedenis, wie krijgt geel, het is er allemaal.

Oh ja, je kunt er ook mee bellen.

Facebook


De vrije zaterdag aan het begin van een vakantie is veel vrijer dan andere vrije zaterdagen. Ik doe weer helemaal niets en ik ben zo druk als een klein baasje. Zo heb ik me aangemeld bij Facebook. Willemijn heb ik uitgenodigd vriend te worden, waarop ik van facebook een mailtje kreeg om te bevestigen dat ik met Willemijn getrouwd wil zijn. Grapjassen.

Ik heb behalve mijn vrouw al één vriend. Ik ben tevens zijn enige vriend. Gezellig hè Ko!

vrijdag, februari 20, 2009

Slim


Terwijl ik lezingen over filosofie en kunst aan het downloaden ben in iTunes, alles vanwege het belang van de humaniora gratis en voor niets aangeboden, bedenk ik dat ik tot de slimme mensen behoor. De gedachte is niet arrogant bedoeld en is dat ook niet. Het is een feit waar ik niets aan kan doen en dat soms prettig uitpakt.

Intelligentie is een begeerd goed in onze maatschappij. Ouders strijden deze maand om een plek op een goede school. Ik werk op een gymnasium. Ik heb drie eerste graads- en één tweede graadsbevoegdheid. Ik ben behalve vrij intelligent ook ontzettend dom, bijvoorbeeld in alle zaken die te maken hebben met verstandig omgaan met geld. Er zijn meer voorbeelden van ontstellende domheid. Maar voor de buitenwereld ben ik heel slim. Dat intellect leidt niet automatisch tot rijkdom, wel tot licht bovenmodale welgesteldheid. Maar dan moet je weer boeken kopen en andere tot materie gestolde informatie en dan blijf je toch weer berooid achter.

Zou ik minder erudiet willen zijn en een stuk rijker? Ja, rijk is leuk, maar zou ik dan weet hebben van Robert Bresson en Mark Rothko en Allan Pettersson? Zo nee, laat maar zitten. Wie werkelijk te bewonderen zijn? Mensen met eerst Mavo en dan Havo en dan eventueel nog meer die geheel uit zichzelf, tegen de klippen op, kennis vergaren over cultuur en daarbij ook nog smaak ontwikkelen. Laatbloeiers. Doorzetters.

Misschien moest ik daarom erg wennen aan de leerlingen op een gymnasium. Het is te makkelijk, net als bij mijzelf. Alles is gratis aan komen waaien. Nee, dan de Mavo-leerlingen in Harlingen, de doorzetters, wat waren ze trouw en aanhankelijk. Amarinsk Abels en Minze van der Veen. En hoe kon ik Herke Zijlstra vergeten?

Here's to them!

Tien


Soedish komt op de valreep de lerarenkamer binnen, de jas nog aan, en geeft me een enigszins vergeelde krant. Een oude NRC. Ik neem altijd alles van Soedish aan zonder te vragen waar ik het aan te danken heb. Het duurt een halve minuut voordat ik door heb wat er aan deze krant zo bijzonder is.

"Medewerkers El Al waren op rampplek" kopt de NRC van 20 februari 1999. Direct er boven staat een verwijzing naar het succesverhaal van miljardair Dirk Scheringa. In het bijbehorende artikel meldt de Noord-Hollandse rijkaard trots dat hij Piet Kleine heeft gestrikt voor de schaatsploeg. Juist ja, Piet wie zei u?

De krant staat vol met mensen die er niet toe doen. De minister is nu burgemeester, de staatssecretaris is volstrekt vergeten. De Turk heet Öcalan. Er is maar één constante in dit leven: de koningin is ingesneeuwd.

woensdag, februari 18, 2009

Stoeprand


Bij het starten van Google Earth krijg ik een melding dat er een nieuwe versie is. Nou, laat maar zien dan. De nieuwe versie ziet er wat frisser en helderder uit dan de vorige. Ik kijk naar ons huis, dat ons huis nog niet is, want de foto's van de Vruchtenbuurt zijn drie jaar oud. De voortuin staat nog vol huizenhoog groen.

Ik zoek de Mazda, die nog leeft. Bij de tuinen staat hij niet. Het is er leeg, iedereen is met de auto naar de zaak. Ik blijkbaar ook. Vreemd is dat niet. Ik moet me schamen, met terugwerkende kracht.

Bij school vind ik de Mazda. Daar staat hij rood te doen, aan een stoeprand bij het Catshuis. Ik mis hem niet. Het leven zonder auto is heel goed te doen. Ik mis hem wel. Waarom zitten we nooit meer in een huisje op het Franse platteland?

Omdat de Mazda dood is. Kijk hem staan, daar aan die stoeprand.

Blogphone


Kan je bloggen via een iPhone? Ja, maar aan te raden is het niet.

(Willemijn laat vragen waarom dan wel niet. Nou, laat ik zeggen dat tekst schrijven op een iPhone een stuk beter gaat dan op een gewone mobiel, maar dat een groot toetsenbord toch net iets sneller typt. Een keer of vijfhonderachtendertig zo snel. En een foto uploaden via een snelle verbinding lijkt me ook iets prettiger dan op de relatief trage telefoon. De afbeelding hierboven regel ik op de iMac in een minuut. Uiteindelijk zijn van dit blogje dan ook alleen de titel en de eerste twee korte zinnen op de telefoon gefabriekt. Maar je kan er op bloggen, dat wel)

dinsdag, februari 17, 2009

Heelmeesters


Kijk, dat zijn nog eens maatregelen. Je zit in een klaslokaal in Wauwatosa, Wisconsin en je bent veertien. Je schrijft een sms-je op je mobiel en de docent zegt dat je moet ophouden. Maar ik heb helemaal geen mobiel! Je hebt wel een mobiel! Nee, ik heb geen mobiel. Kap nou, je hebt wel een mobiel.

Medeleerlingen gaan zich ermee bemoeien: ze heeft wel een mobiel meneer. De vuile ratten. Ik heb geen mobiel. Er is sprake van een impasse. Heeft het meisje nou wel of geen mobiel en zat ze nou wel of niet sms-jes te schrijven? Weet je wat we doen? We bellen gewoon de politie.

Nee, echt, serieus, we bellen de politie. Zijn die dan niet ergens mee bezig dan? Mwah .... neuh, niet echt.

Oh, de politie was al op school? Ja, permanent vertegenwoordigd om de misdaad van het sms-en te bestrijden. Maar het meisje is een meisje en de agent is een agent. Dus wordt er een agente gehaald die het meisje fouilleert en in de buurt van haar veertienjarige billetjes zowaar een heuse telefoon tevoorschijn tovert. Aha, jij bent er gloeiend bij.

Het meisje wordt gearresteerd. In de boeien geslagen, afgevoerd in een, pas op je hoofd, heuse politieauto. Er hangt haar een boete van tweehonderdachtennegentig dollar boven het hoofd voor disorderly conduct. Dat je stout bent betekent dat. Gisteren origineel waar gebeurd in de bitter koude staat Wisconsin.

Agent, kunt u even orde houden?

Voetbalplaatjes


Bij de grootgrutter besteed ik iets meer dan veertien euro en dat geeft recht op één zilveren zakje. Lopend langs de kassa's zie ik hoe een kassiere twee jongetjes beveelt om buiten de winkel te wachten. De heren schieten ijlings terug naar hun plek vlak over de metalen strip die de grens van de winkel aangeeft. Er staan er een stuk of zes, watervlugge mannetjes met een dikke stapel zilverwerk in de gretige knuisten. Even terzijde staan twee meisjes van ongeveer tien schattig te zijn. Ik geef ze mijn pakje met voetbalplaatjes en vraag of ze niet veel meer plaatjes krijgen dan de jongens. Ja, dat kunnen ze bevestigen: "De jongens gaan steeds de winkel in en dat mag helemaal niet. Wij staan rustig te wachten." De meisjes lachen gezellig omhoog. "Bedankt meneer. Dag meneer!" "Dag meisjes."

maandag, februari 16, 2009

Bankjes


Neem een willekeurige 2de klasser die een proefwerk moet maken. Neem Isabel S. te DH. Ze is nu al te groot voor het bankje en het stoeltje, ze zoekt naar een houding waarin ze comfortabel kan zitten en ondertussen spookt de vervoeging van een Grieks werkwoord door haar hoofd. Komt het ook op papier?

Wat zou er met de resultaten gebeuren wanneer we al die kinderen vijf vierkante meter ruimte geven, met een stoel op maat en een tafel om op te verdwalen maar wel op de goede hoogte? Goed licht erbij, niet te warm? We zouden er precies negen in een lokaal kunnen bergen. Dat wordt niets.

Het leven bestaat uit beperkingen en dat is maar goed ook. Maar Isabel mag van mij een ietsje pietsje meer levensruimte.

zondag, februari 15, 2009

Finding America


Thomas Wiles is een man met een missie. In het dagelijks leven stuurt hij stoere vrachtwagens dwars door de Verenigde Staten. Thomas is in het bezit van een indrukwekkende serie tattoo's, een kale kruin, een lang smal snorbaardje en een high-definition videocamera. De missie komt uit die camera: Thomas filmt snelwegen, onopgesmukt maar kraakhelder en haarscherp. Zo ziet Amerika er uit. Geloof het niet wat je op tv ziet, vertrouw de opsmuk niet. Het echte Amerika kan je gratis downloaden uit de iTunes winkel. Dit is het: een weg in Indiana, een heuvel in Virginia, bulten sneeuw op een parkeerplaats in Maine. Voor de Groningers onder ons: het is de bijrijder. Ik ben weer thuis, in den vreemde.

zaterdag, februari 14, 2009

Hele oude BMW


Nu we het er toch over hebben, het kentekenherkenningsprogram-maatje (32 letters) voor de Apple iPhone is echt wat je noemt een 'killer app'! Stel je voor, je rijdt op de N zoveel of desnoods de A zoveel en je spot een Duitse auto, Frans mag ook. Kijk, een BMW. Op de witte nummerplaat met zwarte letters van de auto staat DS. Waar komt die vandaan?

Ik heb ooit tijdens een busrit met een Duitse collega uit Merseburg geprobeerd om alle éénletterige Duitse Kreisanzeignungen te verzinnen. A = Aachen, B = Berlin, C weten we niet maar D weer wel want dat is Duisburg. En zo verder en zo voorts. E is Essen. F is Frankfurt.

In mijn iPhone heb ik binnenkort een applicatie die me vertelt waar allerlei Europeese auto's vandaan komen. Een jongensdroom komt uit. So weet ik al. Het is Soest en dat ligt in Duitsland. Had je niet gedacht hè?

Wat de opwinding compleet maakt is natuurlijk de toevoeging Habe ich gesehen. Je kunt afvinken wat je gezien hebt! Laten we nog een stukje rijden over de autobahn. Ahh, toe nou, mag het? Voetbalplaatjes. Jongetjes van zes tot twaalf bij de uitgang van Albert Heijn. Mag ik uw voetbalplaatjes? Mag ik een iPhone? Nu?

Overigens: die iPhone werd vandaag door TNT al aangeboden op ons adres. Wij waren niet op dat adres. Wij waren op het nieuwe adres van de familie Beute, die vandaag zonodig moest verhuizen. Bedankt Beute, maar niet heus. Nu moet ik twee dagen langer wachten op mijn nieuwe speeltje. Had je dat niet wat beter kunnen plannen?

Duim in mondje. Nu!

vrijdag, februari 13, 2009

Senator, maar dan erg letterlijk



Kijk tot het eind als je het vol kunt houden. Dit was in mei vorig jaar, toen bekend werd dat senator Kennedy aan een hersentumor leed. Fijn dat alle leeftijdscategorieën in Amerika mee mogen praten over het wel en wee van de natie en de wereld. Senator Byrd is één van de honderd meest invloedrijkste mensen in de Verenigde Staten. En hij moet nodig een tukje doen. Voorgoed. (Ohhhhhh!!!)

donderdag, februari 12, 2009

Platonist


Sinds ik enigszins weet had van de geschiedenis van de filosofie heb ik mijzelf beschouwd als platonist. Niet dat ik echt geloof in een vormenwereld, of dichters wil verbannen. Maar wel dat ik denk dat schoonheid inderdaad verwijst naar iets boven-fenomenaals. En als ik het niet denk wil ik het graag denken. Eros, daar gaat het om.

Een ander vlak waarop het platonisme volgens mij gewoon het beste werkt is de wiskunde. In het weekeinde willen wiskundigen best moeilijk doen over de grondslagen van hun vak, maar door de week zijn ze gewoon platonist. Ik weet niet wie dat zei. Misschien was het Whitehead wel, die de filosofiegeschiedenis beschouwde als een serie voetnoten bij Plato.

Maar mijn wiskundig platonisme wankelt. Ik lees het boek Meta Math van Gregory Chaitin, waarin wordt betoogd dat er vele alternatieve wiskundes mogelijk zijn. Toevallig zijn we beland in een wiskunde waarin bijvoorbeeld priemgetallen erg belangrijk zijn. Maar er is een wiskunde denkbaar waarin juist heel erg deelbare getallen een hoofdrol spelen. Hoe ziet de wiskunde van aliens er precies uit? Net als de onze?

Ik heb een aantal boeken gelezen waarin wiskunde als maakwerk wordt gezien, maar ik was nooit overtuigd. Wiskunde wordt ontdekt, niet gemaakt. Chaitin beschrijft het tegendeel zo goed dat ik zin krijg om er in te gaan geloven.

woensdag, februari 11, 2009

iPhone


Voor ons gevoel is de vorige eeuw de eeuw van de grote veranderingen. De auto, de film, het vliegtuig, op allerlei manieren werd de wereld kleiner. Het ultieme krimpmiddel is van recenter datum en we zijn er al zo aan gewend dat het monumentale effect nauweljks meer opvalt.

Terwijl ik dit schrijf luister ik naar een radiozender in Iran. Iemand tokkelt op een citerachtig instrument. Fraai. Ha, nu klinkt een soort gitaar, die afwachtende klanken produceert. Mijn vader ging naar Zwitserland. Ik luister naar Iraanse radio. Internet. Vooruitgang: de wereld een dorp.

Binnenkort heb ik de wereld in mijn telefoon. Het bezit van een iPhone zal me een wijs en nerveus man maken. Altijd alles onder handbereik. En nooit tijd om het te vatten.

Ik ga met mijn iPhone echt heel gelukkig worden. Op een dorp wonen, in Patagonië, zonder telefoon en zonder televisie, dat is natuurlijk ook een optie.

Gedicht van de week X

leeg

dinsdag, februari 10, 2009

Wilhelminastraat


Ik fietste door de Wilhelminastraat in Emmen. Het is lang geleden dat ik daar was en het zag er dan ook meer uit als vroeger. Waar de Dordtsestraat gekruisd wordt stond de boerderij waar ik moest zijn. Hier werden schaatsen verkocht. Ik meldde me bij de balie, maar daar was niemand. Misschien was het nog te vroeg. Ik zag dat er ook golfspullen verkocht werden en ging de zaak steeds interessanter vinden. Toen er een jongeman arriveerde vertelde die me dat het aanmeten van schaatsen drie uur in beslag nam. Ik zei dat ik daar geen tijd voor had omdat ik naar school moest. Ik wierp nog een scheve blik op de tassen vol golfstokken.

Ons huis stond aan een soort Brink. Een vrijstaand huis in een dorp. Ik aarzelde of ik naar school zou gaan. Ik kon me natuurlijk ook ziek melden. Gerda arriveerde in haar Citroën om me op te halen. Ze meldde blijmoedig dat ik te laat dreigde te komen en dat ze me wel even zou helpen. Willemijn en ik stapten in, maar voor Gerda kon wegrijden merkte ik dat ik mijn verfbroek aanhad. 'Ik moet even een schone broek aan doen.' 'Ik wacht wel' zei Gerda.

Even later was het gewoon kwart voor zeven. Niets aan de hand, gewoon op tijd.

maandag, februari 09, 2009

Buddha collapsed out of shame


Als er iets is wat je de film kwalijk kunt nemen moet het de duidelijke boodschap zijn. Voor boodschappen ga ik wel naar Albert Heijn. Aan de andere kant: de regisseuse is een meisje van achttien in Iran dat zich doodergert aan de manier waarop in het gedachtengoed van de Taliban met onderwijs voor vrouwen wordt omgegaan. Give the girl a break.

Een meisje van achttien, uit de filmfamilie Makhmalbaf. Mama schreef het scenario, papa is de belangrijkste Iraanse regisseur ooit, nou, samen met Kiarostami. Ja ja, names, names, get to the point Blaak.

Tijdens het filmfestival zagen we twee films waaarin de camera in een constante close-up op de neus van de personages geplakt zat, beide uit Europa. Het resultaat was het zelfde: er bleef geen rumte over. Zie hier: een meisje van achttien (nou ja, een cameraman van weetikveel die Ali heet) kan het wel. Constante close-ups, bovenop het verbeten vastberaden gezicht van het meisje van acht dat naar school wil, terwijl de wereld om haar heen aanwezig en zichtbaar blijft.

Dat is het springende punt: ook een inhoudelijk wat mindere film uit Iran is qua vormtaal zo sterk als maar kan. En wat die wat drammerige inhoud betreft, is het niet prettig te weten dat het verzet tegen de onderdrukking van vrouwen en meisjes in door de Taliban geregeerde gebieden juist in Iran zo krachtig stem krijgt?

zondag, februari 08, 2009

Vandaag


Een personage dat zegt: It's time to torture some small animals. Find a poodle and kick him off the balcony heeft mijn onmiddellijke sympathie. Russell Crowe. Verder doet de film er niet toe.

Wat er wel toe doet: We stonden een uur stil, voorbij station Schiedam. Willemijn meldde per sms dat ze ook stil stond, op station Leiden. Een wat groot uitgevallen stroomstoring.

Als ik eindelijk op de fiets zit springt er bij de Krügerlaan een allochtoon achterop. Ik hield in bij de supermarkt en hij vroeg wat ik wilde. Bier. Weet ik, zei de allochtoon en sprong achterop. Ik liet het maar zo. Hij noemde ook een naam die ik vergeten ben, maar laat ik hem Hassan noemen. Samen gingen we naar de slijter op het meest ingewikkelde plein van Den Haag, waar het evangelie en een tiental straten samenstromen. Bij de slijter, die al een uur dicht is, kopen we bier. Hassan koopt twee blikken Amstel en zegt tegen de zetbaas dat ik een collega ben en dat ik het afreken. Ik heb bewondering voor zijn brutaliteit en gun hem zijn bier. Als ik met een grijns tegen de slijter zeg dat ik deze man precies twee minuten geleden voor het eerst heb ontmoet zegt hij dat we het lekker zelf moeten uitzoeken. Hassan verdwijnt als een dief in de nacht.

Op de treurbuis blijkt de kaart terecht. Nievelt torpedeert met gestrekt been een Groningse knieholte die merkwaardig genoeg ongeschonden blijft. Scheidsrechter Kuipers trekt het rood zeer resoluut en het legioen ontploft. Het gezang over de moeder van de scheids houdt minutenlang aan, bijna stadionbreed. Ik zit er met steeds verder krommende tenen naar te luisteren. Waarom wil ik hier bijhoren?

Het wordt tijd dat een scheidsrechter zodra het woord 'hoer' verschijnt de wedstrijd schorst en dat Feyenoord een regelementaire 0-3 om de oren krijgt. Bah!

zaterdag, februari 07, 2009

Fractals


Bob Devaney laat zich niet van de wijs brengen. Zijn microfoon valt drie keer uit en uiteindelijk moet hij het doen met de vaste microfoon op de standaard. Zijn bewegingsvrijheid over het podium is ernstig verstoord, maar we merken er niets van. Geen rimpelingetje frustratie, geen golfje ongenoegen. Hier is een topper aan het woord. Bob Devaney, uit Boston, is de leidende wiskundige op het gebied van fractals. Hij staat als een huis.

De belangrijkste boodschap van zijn kraakheldere betoog is dat het fractalonderzoek van groot belang is voor de manier waarop we met grote hoeveelheden data omgaan. De leukste en meest verrassende is de presentatie van de Sierpinski-driehoek. Neem een gelijkzijdige driehoek met ergens in de driehoek een vierde punt. Laat een dobbelsteen bepalen naar welk hoekpunt van de driehoek het vierde punt moet bewegen. Verschuif het vierde punt richting het door het lot bepaalde hoekpunt en zet het halverwege weer neer. Anders gezegd: plaats het punt op het midden van het lijnstuk tussen zijn uitgangspositie en het gekozen hoekpunt. Doe dit vanuit de nieuwe positie opnieuw en herhaal het tien, honderd, duizend, afschuwelijk veel keer. Laat vanaf de tiende keer het resultaat staan. De driehoek vult zich nu met stippen. Overal? Zou je wel denken.

Wat blijkt: er zijn hele gebieden in de driehoek waar de punt nooit komt, die dus wit blijven. Wonderbaarlijk. Nog vreemder wordt het wanneer je gaat nadenken welk deel van de driehoek wit blijft. Theoretisch wordt de driehoek als je maar lang genoeg doorgaat bijna helemaal wit, en nog bijna-er en nog bijna-er. Maar ik zet toch steeds meer stippen? Dus het wordt witter omdat ik het zwarter maak?

Nee. En ja. Er is een eindeloos verschil tussen de wiskundige punt en de getekende punt. We zijn in het gelukzalige land van het oneindige aangekomen. Zonder kaart, want die is er niet.

vrijdag, februari 06, 2009

Steentjeketsen


Een jaar of vijf geleden publiceerden Franse wiskundigen het resultaat van een onderzoek naar steentjeketsen. Je moet je steen onder een hoek van 20 graden opgericht en naar beneden op het water gooien. Het nieuws bereikte ook de Engelse pers, die met de tong in de wang meldde dat de Fransen er na zestig jaar ook achter waren. De meeste Engelsen snapten wel waar dat over ging: The Dambusters!

Op de vrijdagavond van de Nationale Wiskunde Dagen worden traditioneel het het aangename en het nuttige op komische wijze met elkaar verbonden. Eigenlijk kunnen alleen Engelsen dat, maar Jan de Lange kwam vanavond een heel eind in de buurt. Hij sprak over de aanval van 1943 op de dam van de Moehne, waarbij de Engelse luchtmacht in een bijna kwajongensachtige actie de dam met stuitende bommen te lijf ging. Met succes.

Jan spreekt over iets dat hem na aan het hart ligt en dat is te merken. Bovendien laat hij lange fragmenten zien uit de prachtige film die over de aanval is gemaakt. Wat we vanavond niet zagen, hoewel het belang ervan door Jan fraai en serieus verwoord werd: Aan het eind van de film keren de piloten terug naar de basis. De aanval is gelukt. Maar waar we enthousiaste verhalen in 'The mess' verwachten, krijgen we ernstig zwijgen, afgewisseld met beelden van de kamers van de jongens die de missie niet overleefden. Lege kamers.

woensdag, februari 04, 2009

Stadsderby


Aan de Rotterdamse stadsderby zijn geen vijandelijke gevoelens verbonden. Sparta is een oudere broer, minder goed ter been, en heel fatsoenlijk. Voetballen kunnen ze er niet meer. Wij wel.

Nou ja, nu even niet. Feyenoord en Sparta beginnen aan het duel met precies even weinig punten, vlak boven de degradatiezone. Normaal is de derby een wedstrijd vol aardige rivaliteit, vanavond gaat het echt om de punten. Wij winnen. Zij niet. Zij waren eigenlijk beter. Na het laatste fluitsignaal gaat er een zucht van verlichting door het stadion. Tienduizend vingers wijzen naar het uitvak met de paar honderd Sparta-supporters en de Kuip scandeert zonder gene: "Wie is nu de club van Rotterdam? Wie is nu de club van Rotterdam? Wie is nu de club, wie is nu de club, wie is nu de club van Rotterdam?

Die gene zou wel op zijn plaats zijn geweest.

Staande op station Rotterdam Stadion, onder het prachtige bord uit de kinderjaren van de electronica waarop de bestemming Zwolle en verder leesbaar is maar nooit meer wordt opgelicht, zien we de bussen vertrekken. De Spartanen worden teruggebracht naar hun kasteel, in colonne, onder begeleiding van motoragenten. Het opschrift op de zijkant van de bussen: Vreugde Tours.

dinsdag, februari 03, 2009

Gedicht van de week IX












Terwijl de kam het goud schraapt bij elkaar
waar de ongezeggelijke zon mee speelt,
al knetterend, vertelt het meisje haar
kleine verhaaltjes aan haar spiegelbeeld,
verhaaltjes, die de pop waarschijnlijk waar
zij nog in bed mee slaapt heeft meegedeeld,
of die, als men het haar voor ’t vlechten deelt,
’t oor ingefluisterd worden door het haar.

Leg ze niet uit, die woorden; sta niet stil,
het haarlint strikkend, bij wat zeggen wil,
trouwen, geld, reizen, kinderen; ’t is taal
van kaartlegsters; ’t zijn woorden waar eenmaal
een verre wanhoop in is vastgelegd,
maar vol van diepe vreugde als men ze zegt.

Martinus Nijhoff

maandag, februari 02, 2009

Waar je bed slaapt


"Hé figuur, ik weet waar je huis woont. Ik weet waar je bed slaapt." Ik roep het zo af en toe tegen een leerling die, zoals ze in Groningen zeggen, niet om liek wil. Maar waar slaapt je bed? Heeft de regen een vader?

In mijn ouderlijk huis heb ik drie bedden gehad. De eerste herinner ik me het best. Mijn moeder maakte een holletje in het kussen waar mijn hoofd precies in paste. Er waren min of meer abstracte koeien op het gordijn voor de speelgoedkast, geel met blauw, een beetje eng, maar nog net te doen. Heel soms droomde ik dat ik een nachtmerrie had en ontwaakte. Ik ging naar de slaapkamer van mijn ouders. "Kom maar bij ons in bed" zeiden ze. Ik klom in bed, maar ze waren het niet. Ik werd opnieuw wakker en ging nu echt naar mijn vader en moeder, in dolle paniek. Tussen beide ouders viel ik veilig in nieuwe slaap.

Bedden in Emmen en Groningen en Groningen en Vries en Oldehove. En opnieuw Vries en opnieuw Groningen en Groningen en Groningen en Groningen. En Harlingen en twee keer Den Haag.

En sporadische bedden. Een bed in een hotel in Florence. Een kamer in Rome, met Bert. In Noordwijkerhout, ook met Bert. In Lissabon, een week lang. Bij een Hongaarse familie op het platteland van de voormalige DDR. Het jeugdherbergbed in Gdansk, ik heb het verdrongen. Al die tenten op plekken waarop en waarin ik geslapen heb.

Lig in je huidige bed. Kijk naar het plafond, kijk om je heen. Doe je ogen dicht. Welke bedden kan je nog zien?

Terp bij nacht


Het was bij het huis op de terp. Ik zat beneden aan straat op een keukenstoel te kijken naar het verdwijnende licht. Een vijftigtal meters verderop zaten een man en een vrouw in de berm. Om niet de indruk te wekken dat ik naar hen keek draaide ik mijn stoel een kwartslag naar links. Het uitzicht was hier warempel nog mooier. Ik liep de terp op naar het huis om een fototoestel te halen, maar toen ik terugkeerde was het licht al weg.

Bij de voorbereideing van het eten vielen er tomaten van het aanrecht. "Pas op, de tomaten!" zei Sirtjo. Na het eten was er enige verwarring waar ik woonde. Moest ik met de trein naar Den Haag, of kon ik morgenochtend op de fiets naar Groningen? Ik moest naar Den Haag.

Toen ik me even later realiseerde waar ik was, constateerde ik langzaam en tevreden dat ik niet meer hoefde te reizen. Het was half zeven.

zondag, februari 01, 2009

Matter of seconds



De absolute brille van Alexander Spoor neemt nieuwe vormen aan. Sinds december, toen Alexander samen met Bart ook in Griekenland prijzen won, verschenen er vier nieuwe korte films. Eigenlijk is Poppin' pills, waarin de oude connectie met Dennis Kouwen wordt hersteld, de beste, vanwege de droevige ondertoon die deze kleine komedie draagt. In mindere mate is ook Ik wou dat ik 2 hondjes was een klein drama, grappig zonder het er dik op te leggen. Bcp's Merry Christmas lijkt een grapje, maar ook daar zit een serieuze ondertoon, voor wie de mannen een beetje kent. De meest luchtige is Matter of seconds. Het filmpje bestaat uit één shot. In de aftiteling wordt Stefan Dorresteijn vermeld als medewerker camera en montage. Stefan is in beeld. Hij heeft niets gefilmd en niets gemonteerd. Alexander is niet alleen een briljant filmer maar ook een aardig mens. Alexander geeft credit. We gaan nog veel van hem zien.

Nine eleven

Bert stuurt een aantal foto's van 'nine-eleven'. De beelden zijn bekend, maar deze niet. Het gaat vooral om de luchtopnames van de stofwolken die door de stad walmen. Op sommige afbeeldingen is de hele zuidpunt van Manhatten aan het oog onttrokken. Dat de ramp groot was had je wel zo'n beetje door, maar dit is een nieuw perspectief.